Boeren zijn het de laatste tijd veel in het nieuws als het om hun bestaan gaat. Ze willen zich niet de kaas van het brood laten eten maar inmiddels hebben enkele al eieren voor hun geld gekozen. Wat komt er zoal af op een boer in fiscale zin? Dat hangt af van wat voor bedrijf de boer heeft en de producten die hij voortbrengt. Ook zijn er verschillen per land, al is dat met onze hobby niet altijd 1-2-3- te vertalen naar een voorbeeld. Ik zal een aantal voorbeelden per branche proberen weer te geven.
LANDBOUW
Bemesting
Voor de te verbouwen gewassen zijn grondstoffen nodig. Dit kan de mest zijn die op het land wordt uitgereden. Wie niet over de (goede) mest beschikt, moet deze inkopen of andere grondstoffen toevoegen die voor de gewassen noodzakelijk zijn. Deze grondstoffen waren in Nederland op de bon in de tweede wereldoorlog.
Als boer kreeg je, afhankelijk van het bedrijf etc. zegels van de R.V.O. (Rijksdienst Voor Ondernemers) waarmee binnen een gestelde termijn grondstoffen verkregen konden worden. Er waren zegels voor 5kg, 10kg en 20kg voor Stikstof, Kali en Fosforzuur. Ik meen een keer gezien te hebben dat deze in 1940 werden ingevoerd met een officiële publicatie. Elke bon was ca 2 maanden geldig en had een eigen nummer voor elk bemestingsjaar. Een bemestingsjaar is, zoals in een fragment van onderstaande krant, vanaf 1 juli tot 30 juni in het opvolgende jaar.
